Gert Philippeth uit Genk: 'Voed de diversiteit waar ze is'

item_left

item_right

Gert Philippeth uit Genk: 'Voed de diversiteit waar ze is'

Artikel

'Vroeger dachten we dat we van de samenleving één gemeenschap moesten maken. Nu vinden we verschillende eilanden in een samenleving ok en investeren we in verbindingen tussen die eilanden', zegt Gert Philippeth, stafmedewerker bij de dienst Cultuur in Genk. Hij legt uit dat Genk vanuit een specifieke geschiedenis een eigen manier ontwikkelde om met diversiteit, participatie en cultuur om te gaan.

Tijdens een sessie van het verdiepingstraject 'Cultuur en Nabijheid' van Demos vertelt Philippeth hoe Genk experimenteert om participatie aan cultuur te verbreden. Een vaste voorwaarde voor een goed cultuurbeleid ziet hij bij een juiste visie bij de ambtenaren. 'We zijn een stad met 65000 inwoners. Een korte lijn tussen de stad en haar inwoners is nodig en die lijn wordt getekend door de ambtenaren en natuurlijk ook de mandatarissen. Het is dan ook cruciaal dat ambtenaren hun stad of gemeente goed in de vingers hebben. In dat verband geven we ambtenaren de kans om via programma’s de stad beter te leren kennen.'

Ook andere stimulansen, zoals een extra subsidie aan stadsdiensten die een teambuilding in Genk organiseren in plaats van buiten de stad, moeten de band tussen het stadsbestuur en burgers versterken. 'Je hoeft niet in Genk te wonen om voor de stad te werken, maar je moet de stad wel kennen.'

Door een juiste kennis van de inwoners en de verschillende “eilanden” waarin ze verblijven, hoopt Philippeth een beleid te ontwikkelen dat snel initiatieven spot die de stad kan ondersteunen. Hij legt uit: 'Vroeger dachten we dat we van de samenleving één gemeenschap moesten maken. Nu vinden we verschillende eilanden in een samenleving ok en investeren we in verbindingen tussen die eilanden. Die verschillende eilandjes zijn soms afgebakend rond etniciteit, gender, sportvoorkeuren of wat dan ook. In plaats van zoals vroeger te proberen om het water tussen die eilanden te laten dalen, denken we nu dat we die plaatsen best veilig maken en voldoende uitdagingen of prikkels voorzien om mensen andere eilanden te laten bezoeken.'

Culturele actoren

Van ambtenaren die de verschillende "eilanden" leren kennen wordt verwacht dat ze de diversiteit in cultuurvormen kunnen herkennen en respecteren in hun waarde. Cultuur omschrijft Philippeth als iets wat mensen bezighoudt, zorgt voor zingeving, iets wat mensen delen, wat mensen samenbrengt, of waar mensen zich in engageren. Het gaat dus zeker niet enkel over wat er gebeurt in het cultuurcentrum in het centrum van de stad. 'Het aanbod in dat centrum interculturaliseren is niet de enige weg om een grotere diversiteit in het cultuurbeleid te bereiken', zegt Philippeth. 'Voed de diversiteit waar ze is en sta toe dat dingen buiten dat cultuurcentrum kunnen gebeuren.'

Concreet geeft hij het voorbeeld van het projectje Nostalgia. Daarbij vroeg de stad aan 100 mensen om een verhaal te vertellen over het object dat ze boven hun bed hebben of dat ze het eerst meenemen als hun huis in brand staat. 'Daarmee kan je iets artistiek doen en in een tentoonstelling zetten. Het samenbrengen van de verschillende objecten én de bijbehorende – vaak verrassende en ontroerende – verhalen bezorgde ons eigenlijk een grote ‘foto’ van de Genkse samenleving. Deze foto stelde de diversiteit en superdiversiteit op een organische manier voor. We werkten met een checklijst om te zien of we zo veel mogelijk etniciteiten, genders, seksuele voorkeuren, leeftijden enzovoort betrokken in dit project. Ja we kruisten echt vakjes aan.'

'In het eindresultaat met verhalen over een object dat meegaat bij een brand kwamen verschillende verhalen en levens bijeen. Het project gaf gewone burgers de boodschap dat ze ook culturele actoren zijn en dus evenwaardig aan de officiële cultuurprofessionals.'

Nieuwe verhalen

Een ander voorbeeld dat hij meegeeft is 303030, een muziekproject voor het Lokale Helden project van Poppunt. 'Het idee was om 30 muzikanten op 30 sets op 30 april te laten optreden. Dit deden ze dan gratis in hun eigen omgeving in hun huiskamer.' Na de oproep voor deelnemers via verschillende kanalen kwamen enkel mensen uit de middenklasse er op af. Dat veranderde nadat ambtenaren ook buurtwerkers en de jeugddienst aanspraken. 'Daarnaast stelden we vijf experts per muziekgenre aan om te functioneren als curatoren en de oproep te vertegenwoordigen. De stad zelf zette een stap opzij. We gebruikten zelfs het stadslogo nergens meer om het idee te vermijden dat dit gestuurd werd vanuit de stad. Het werkte: er doken nieuwe verhalen en mensen op.'

Iedereen die deelnam kreeg 150 euro om het publiek (en de muzikanten) bij een optreden warm te kunnen ontvangen. Het resultaat bestond uit 60 huiskamers en verhalen, ook van mensen die nog nooit iets hadden georganiseerd in hun huiskamer. Philippeth: 'Sommige mensen waren nieuwe inwoners die dit als aanleiding gebruikten om hun buren uit te nodigen die ze nog nooit hadden ontvangen. Opnieuw – weliswaar als gevolg van gerichte inzet en activering van netwerken – vertegenwoordigden de huiskamers een mooie dwarsdoorsnede van de stad. Dit gebeurde ook met een zeer redelijke kostprijs.'

Goede afspraken

Maar de stad verdween niet volledig uit het project. Dat kon bijvoorbeeld ook niet omdat de stad alle muzikanten die als vrijwilliger ingeschreven waren juist moest verzekeren. 'Dat het stadslogo nergens gebruikt wordt betekent natuurlijk niet dat de stad alles loslaat. Daarnaast waren er ook goede afspraken nodig voor beleidsmakers en de schepen die vooraf wil weten hoe de stad het project kon voorstellen en hoe de verantwoordelijkheden verdeeld waren.'

Philippeth stelt dat een andere manier van kijken naar mogelijkheden rond cultuur soms betekent dat je ook anders kijkt naar het verenigingsleven waaruit vele cultuurinitiatieven komen. 'Een groep vrouwen die samen het vervoer regelt voor de kinderen naar een sporttraining of die regelmatig samen voedsel voorbereidt voor activiteiten van een sportclub, kan je ook benaderen als een (socio culturele) vereniging. Door deze bredere kijk neem je andere verbanden mee in de vijver waarin je als stad vist en maak je jouw werkterrein groter.'

Tekst door Hasna Ankal
Beeld uit de editie van 2016 van 303030 over woordkunst. © 2016 – C.H.I.P.S. StampMedia – Matthias Vanherle